Met de eerste nachtvorsten van dit jaar is het weer tijd voor de jaarlijkse ontworming. Waarom vraag je je af? Uit mestonderzoek blijkt dat je paard geen wormbesmetting heeft en is ontwormen niet nodig. Toont mestonderzoek dan alle soorten wormen aan? Nee, en daarom is het advies om toch jaarlijks na de eerste nachtvorst, te ontwormen. In de late herfstperiode vertragen de meeste levenscycli van wormen. Dit moment is dan ook een goed tijdstip om te ontwormen.

1 Wat zie je niet met mestonderzoek?

Mestonderzoek is een methode om wormeitjes in de mest aan te tonen. In een aantal geval zie je geen wormeitjes:

  • Lintwormen scheiden onregelmatig segmentjes gevuld met eitjes af en zijn alleen bij toeval te zien met mestonderzoek. Toch heeft ca. 20% van de paarden lintworm.
  • Aarswormen leggen eitjes rond de anus en komt dus ook onregelmatig in de mest voor.
  • De horzellarven verblijven in de maag en leggen geen eitjes.
  • Geen verschil tussen grote en kleine bloedwormeitjes. Deze zien er identiek uit onder de microscoop. De grote bloedworm komt gelukkig zelden voor in Nederland.
  • Mestonderzoek uitvoeren in de winterperiode is minder betrouwbaar aangezien de wormei-productie terug loopt.
  • Ook voor wormen die goed aantoonbaar zijn met mestonderzoek is het mogelijk dat ze wel aanwezig zijn maar het mestonderzoek vals negatief toont. De larven zoals ingekapselde kleine bloedworm zijn nog niet volwassen en produceren nog geen wormeitjes.

2 Waarom ontwormen na de eerste nachtvorst?

De meeste paarden staan gedurende de herfst-winterperiode op stal en paddock. De meeste wormbesmettingen krijgen paarden door te grazen wat in de winterstalling niet meer mogelijk is. Nieuwe infecties met horzels zijn na de nachtvorst niet meer mogelijk. Deze kou overleven de horzels niet en gaan dood.

Ter preventie van de terugkeer van de grote bloedworm is de jaarlijkse ontworming eveneens belangrijk. De grote bloedworm komt nu zelden voor omdat deze worm circa een jaar nodig heeft om volwassen te worden. Voortplanting is niet mogelijk bij een jaarlijkse ontworming. De grote bloedworm was vroeger een grote veroorzaker van koliek. De grote bloedwormlarven richten veel schade aan in de bloedvaten rondom van het spijsverteringsstelsel. De schade van grote bloedworm is dus al aangericht voordat het met mestonderzoek aan te tonen is.

3 Welke wormen zie je wel met mestonderzoek?

De meest voorkomende wormen bij volwassen paarden zijn kleine bloedwormen. Daarnaast komt bij jonge paarden regelmatig spoelworm voor. Beide zijn goed aantoonbaar met mestonderzoek. Regelmatig mestonderzoek van elk paard individueel geeft een goed beeld van de wormbesmetting.

4 Waarom doe je dan mestonderzoek als je toch jaarlijks blind ontwormd?

Mestonderzoek is een goede manier om gedurende het jaar de hoge wormei uitscheiders te vinden. Slechts 20% van de paarden in de kudde hebben een hoge uitscheiding maar vervuilen wel 80% van het weiland. Dit geeft een hoge wormdruk op het weiland. Ontworm gedurende de rest van het jaar alleen de hoge uitscheiders. Het wormmiddelgebruik is zo veel lager waardoor de wormresistentie vertraagd wordt.

5 Welk wormmiddel kun je het beste gebruiken?

Overleg met je dierenarts welk wormmiddel je nu het beste kunt inzetten. Meestal is dit een combinatie preparaat van moxidectine of ivermectine met praziquantel. Praziquantel is de werkzame stof die de lintworm doodt. Moxidectine bestrijdt naast de volwassen wormen ook deels ook de ingekapselde kleine rode bloedworm. Dit is vooral belangrijk voor jonge paarden. Zij hebben nog onvoldoende immuniteit tegen wormen opgebouwd waardoor hogere besmettingen mogelijk zijn. De kans op bloeding door de uitbraak van ingekapselde bloedwormen na ontworming is hoger. Let op dat veulens tot zes maanden niet ontwormd mogen worden met moxidectine.

Horzellarve (Gasterophilus) na blinde ontworming.

6 Hoe herken je de wormen in de mest na ontworming?

Na ontworming kun je verschillende wormen in de mest tegenkomen. Kijk 24 tot 48 uur na ontworming naar de mest:

Horzellarven: rood tot geel en enkele centimeters lang.
Bloedworm: rood en enkele centimeters lang.
Spoelworm: wit, tot 50 cm lang, de kop en staart zien er hetzelfde uit.
Aarsworm: wit, tot 15 cm lang met een lange, puntige staart.
Lintworm: wit, tot 5 cm lang, 1 cm breed, taps toelopend.

Aardige kans dat je horzellarven zie zoals op de foto hiernaast.